Hoe regisseert Bobby Boermans ( van "App")



Producent Thed Lenssen zei ooit tegen mij: “Regisseren is emotion management.” Dat is waar het op neerkomt. Je hebt regisseurs die dat doen door woedend op een set te staan schreeuwen, maar dat zit niet in mij. Ik probeer het altijd op een vriendelijke, sociale manier te doen.

Het castingproces van mijn vorige film Claustrofobia was best wel pittig. Omdat het een genrefilm was, wilde niet iedereen meedoen. Genrefilms zijn niet echt geaccepteerd in Nederland, wat prima is, maar om dat te doorbreken moeten er goede acteurs gekozen worden die geloofwaardig een genrefilm kunnen dragen.


                                                             
Wat moeilijk is bij de casting is dat je hele serieuze acteurs krijgt, maar dat je bezig bent met genredialogen, die niet altijd te beredeneren zijn vanuit een soort menselijkheid en inhoud. Bij een toneelstuk of drama kun je zeggen “deze persoon doet dit, want hij denkt dit en hij heeft dat verleden.”                                                                                   
Bij genre is het vaak onverklaarbaar, ik bedoel: “Waarom eet een zombie iemand op?” Daar is niet echt een reden voor, dus je kan daar niet met acteurs mee de diepte in op zoek naar een motivatie voor een personage.                                                                                                    
Het is wel op een bepaalde manier te regisseren en te verantwoorden naar de acteurs toe, maar op een gegeven moment moet je iets ook gewoon doen, omdat je een spannende film wilt maken. 


Een goede film is voor mij een combinatie van iets dat inhoudelijk sterk is maar wel met vakmanschap is gemaakt. Ik ben iemand die alle films ziet, zowel kleine Franse films als grote Amerikaanse blockbusters. Goede arthouse raakt mij diep, maar ik heb er een schijthekel aan als het slecht gemaakt en pretentieus is. Commercieel vind ik niet erg, zo lang het maar goed gedaan is. 

 Je kunt zeggen van de Nederlandse film dat we niet zo veel geld hebben als in Amerika en dat we het daarom dus nooit winnen, maar daar ben ik het niet mee eens. Kijk eens naar wat Arne Toonen doet met Black Out of Steffen Haars met New Kids Nitro.                                     
Ik vind dat het Filmfonds zoiets moet ondersteunen, daardoor ontstaat er ook een industrie. Voor mijn gevoel is de verhouding nu 70 procent auteursgericht en 30 commercieel, terwijl bijvoorbeeld 55 procent commercieel en 45 procent auteurscinema mij een betere verhouding lijkt. 

LEES VERDER OVER BOBBY BOERMANS: KLIK HIER

FILMPJE MET ADVIES VAN BOBBY: KLIK HIER


Hoe regisseert Nanouk Leopold (van "Boven is het stil")



Ik hou er van om alles te bepalen. Alleen voor Boven Is Het Stil heb ik van tevoren niet gerepeteerd, maar normaal repeteer ik alles. Tijdens de repetitie probeer ik dan iets te vinden. Dat “iets” is moeilijk te omschrijven, het is een soort gevoel, een doel, waar je de hele tijd naar toe wilt. 

Mijn regieaanwijzingen zijn vaak alleen maar technisch. Bijvoorbeeld: Hoe een acteur moet zitten, hoe lang hij erover moet doen of dat hij zijn tekst eerder of later moet zeggen. Ik weet niet waarom ik zo werk, maar ik vind het heel praktisch en voor mij werkt dat goed. Het is niet iets dat je leert op de Filmacademie, maar zoiets ontstaat.


Maar nu ben ik in een nieuwe fase aanbeland: Omdat ik het altijd zoveel heb bepaald, wil ik het nu los laten. Ik weet nu dat het goed is. Dat is nieuw voor me, dat ik meer durf los te laten..

Bij Boven Is Het Stil heb ik dus voor het eerst heel los gedraaid en dat was heerlijk. Het voelde als een soort bevrijding. Met strakke kaders in statische shots kun je het vaak maar op één manier vertellen en daarin kun je vaak niet te veel snijden. Nu, met de camera los, kan ik veel meer snijden, omdat we op een hele andere manier een emotie maken. Ik liep dus altijd mee door de set met de cameraman en de geluidsman.  

    

Het gaf heel veel vrijheid en bewegingsruimte. Ik praatte ook door de takes heen, gaf aanwijzingen. Je doet met al die mensen samen een soort dans. Iedereen achter elkaar aan. Je moet heel intuïtief te werk gaan. Alle toevalligheden komen bij elkaar en daar moet jij als regisseur iets mee doen.

Het leuke is dat je als regisseur ontzettend veel aangeboden krijgt, waaruit je steeds kleine dingetjes mag pakken. Zo bouw je een film. Ik geniet heel erg van het regisseren. Je kunt je als regisseur natuurlijk ook veel zorgen maken, wordt de film wel goed, wordt hij wel opgepikt? Maar zodra ik op de set sta, vergeet ik dat allemaal.

VEEL MEER OVER HOE NANOUK WERKT: KLIK HIER

KORT FILMPJE MET ADVIES VAN NANOUK: KLIK HIER



HET RISICO VAN FILMEN MET RISICO






Morgen wordt HET WONDER VAN MAXIMA herhaald, met o.a. Monique Hendrickx, Halina Reijn, Jack Wouterse e.v.a.

Drama filmen TIJDENS het huwelijk van Maxima was een groot risico en het opzoeken van een grens in drama.


Maar: Ik voor mezelf vind: Filmen = grenzen opzoeken + risico’s nemen. Elke nieuwe film moet een nieuwe uitdaging zijn.

Dat betekent dat je film onvoorspelbaar supergeweldig kan worden en dat je iets kunt krijgen dat je nooit had kunnen bedenken.

Dat betekent ook dat je het risico loopt dat het allemaal anders gaat dan je gedacht had, en je soms ter plekke enorm moet aanpassen.



Voor HET WONDER VAN MAXIMA hadden we ons enorm goed voorbereid: Overal tijdens de drie feestdagen hadden we cameraploegjes.

Zodra er ergens iets zou gebeuren, konden we er met acteurs naar toe, en de levende geschiedenis ter plekke meenemen in het drama.

Dat betekende voor iedereen enorm goed opletten. Iedereen had de verhaallijnen in hun hoofd, dialogen, alles.

Maar waar het zou gaan gebeuren, wisten we nog niet. Kwamen er rellen? Rookbommen? Een “aanslag” tijdens de Gouden Koets-rit?

Niets kon over, alles was wat het was. Neem het moment dat Maxima en Willem op het balcon zouden zoenen:

De hele Dam zou naar hen kijken. Maar onze hoofdrolspelers zouden de enigen zijn, die de andere kant op zouden kijken en gaan.

Dat moest in een keer goed. En gelukkig lukte dat ook, doordat we enorm goed voorbereid waren. Zie dit fragmentje uit de film: KLIK HIER





Achteraf was het een erg bijzondere ervaring: Het was drama, met een behoorlijke kritiek op wat er rond Maxima gebeurde.

Maar het was ook documentaire. En het was ook geschiedenis. Enfin, als je tijd hebt, kijk naar HET WONDER VAN MAXIMA.  

De 22 scenario regels van Pixar


Deze 22 scenario regels werden getweet door Emma Coates, die bij Pixar werkt als Story Artist. Pixar maakt films als TOY STORY. Als je vast zit, krijg je wellicht hierdoor inspiratie... 

1.You admire a character for trying more than for their successes.

2.You gotta keep in mind what’s interesting to you as an audience, not what’s fun to do as a writer. They can be very different.

3.Trying for theme is important, but you won’t see what the story is actually about til you’re at the end of it. Now rewrite.

4.Once upon a time there was ___. Every day, ___. One day ___. Because of that, ___. Because of that, ___. Until finally ___.

5.Simplify. Focus. Combine characters. Hop over detours. You’ll feel like you’re losing valuable stuff but it sets you free.

6.What is your character good at, comfortable with? Throw the polar opposite at them. Challenge them. How do they deal?

7.Come up with your ending before you figure out your middle. Seriously. Endings are hard, get yours working up front.

8.Finish your story, let go even if it’s not perfect. In an ideal world you have both, but move on. Do better next time.

9.When you’re stuck, make a list of what WOULDN’T happen next. Lots of times the material to get you unstuck will show up.

10.Pull apart the stories you like. What you like in them is a part of you; you’ve got to recognize it before you can use it.

11.Putting it on paper lets you start fixing it. If it stays in your head, a perfect idea, you’ll never share it with anyone.

12.Discount the 1st thing that comes to mind. And the 2nd, 3rd, 4th, 5th – get the obvious out of the way. Surprise yourself.

13.Give your characters opinions. Passive/malleable might seem likable to you as you write, but it’s poison to the audience.

14.Why must you tell THIS story? What’s the belief burning within you that your story feeds off of? That’s the heart of it.

15.If you were your character, in this situation, how would you feel? Honesty lends credibility to unbelievable situations.

16.What are the stakes? Give us reason to root for the character. What happens if they don’t succeed? Stack the odds against.

17.No work is ever wasted. If it’s not working, let go and move on – it’ll come back around to be useful later.

18.You have to know yourself: the difference between doing your best & fussing. Story is testing, not refining.

19.Coincidences to get characters into trouble are great; coincidences to get them out of it are cheating.

20.Exercise: take the building blocks of a movie you dislike. How d’you rearrange them into what you DO like?

21.You gotta identify with your situation/characters, can’t just write ‘cool’. What would make YOU act that way?

22.What’s the essence of your story? Most economical telling of it? If you know that, you can build out from there.